Prompt belde vorige week de eerste directeur. “We kunnen van het pensioen af!” Zo begon hij enthousiast.
“Jazeker dat kan, maar er zijn nog wel wat voorwaarden. Je weet wel ‘de randvoorwaarden’ waarmee elk wetsvoorstel uit Den Haag gepaard gaat.” Hiermee temperde ik het enthousiasme.
Begin deze maand heeft men in Den Haag eindelijk de knoop doorgehakt: het pensioen in eigen beheer, dat directeuren met een eigen BV kunnen opbouwen, kan worden afgekocht.
Hiermee kunnen problemen worden opgelost waar men in de praktijk veel last van had. Het pensioen in eigen beheer leidde er namelijk toe, dat de BV in een aantal gevallen geen dividend meer kon uitkeren. Daarnaast hielden banken bij de financiering van de vennootschap ook rekening met deze pensioenvoorziening. Kortom, de pensioenvoorziening die in het verleden voortvarend was opgebouwd, is een last geworden.En daar is nu een oplossing voor: je mag afzien van je pensioen. En als je het in 2017 definitief regelt, krijg je ook nog een belastingkorting van 34,5%.
“Je moet uitrekenen of de voorgehouden worst van de korting je ook echt voordeel oplevert. “Ook met die korting van 34.5%?” was zijn reactie. “Vergeet bijvoorbeeld je hypotheekrenteaftrek niet. Geen inkomen, geen aftrek. Je moet wel even stil staan bij het totaalplaatje.” Dat was snel duidelijk. “Daarna kun je beoordelen of je BV de cash heeft om het af te kopen, want ook met korting moet je de resterende belasting afdragen aan de Belastingdienst.”
“Oh, als dat alles is, dan valt het mee.” “Nee dit is niet alles”, zei ik. “Er is nog een belangrijk punt waar je aandacht aan moet besteden.” “Dat is?” Klonk het achterdochtig. “Je pensioen binnen je eigen BV is een overeenkomst waar ook je vrouw partij in is. Ze heeft recht op een partnerpensioen. Dit recht staat los van het fiscale voordeel. Ze zal moeten tekenen om in te stemmen met het opgeven van haar rechten bij jouw overlijden of echtscheiding. Ook moet dan duidelijk zijn dat ze begrijpt welke financiële gevolgen het opgeven van het pensioen voor haar kan hebben.’’ “Maar die gaat wel tekenen!” Riep de directeur zelfverzekerd. “Hoe ga je daarvoor zorgen, met een bos bloemen?” “Met een goed gesprek. Morgen gaan we op vakantie. Zitten we negen en een half uur in de auto. Hebben we meteen een mooi onderwerp. Het rekenen doen we wel als het wetsvoorstel er definitief ligt.”
”Ik wens u een fijne reis…”