Het regelen van een pensioenvoorziening voor ondernemers kan net als voor een medewerker in loondienst bij een verzekeringsmaatschappij of bank. Echter, ondernemers hebben het privilege om een pensioenvoorziening op te bouwen in ‘eigen beheer’. Op deze manier kunnen zij het geld dat normaal gesproken bij een verzekeringsmaatschappij of bank staat, aanwenden voor hun eigen onderneming. Voor sommige ondernemers kan dit aanzienlijk in de cijfers lopen. Het is dan ook altijd weer de vraag of bij het behalen van de pensioengerechtigde leeftijd het pensioen ook daadwerkelijk in ‘cash’ aanwezig is.
De opbouw van een pensioenvoorziening in eigen beheer voor ondernemers natuurlijke personen (bijvoorbeeld de eenmanszaak en vennootschap onder firma) noemt men de fiscale oude dagsreserve (FOR). De opbouw van een pensioen voorziening voor ondernemers besloten vennootschappen (BV’s) noemt men het ‘pensioen in eigen beheer’. Deze laatste faciliteit wordt per 1 januari 2017 bij wet afgeschaft.
Er zijn voor de overheid verschillende redenen om deze faciliteit af te schaffen. In de eerste plaats is het een maatregel om extra inkomsten te genereren. Dit uit zich niet alleen in het afschaffen van een aftrekmaatregel op de fiscale winst van een onderneming, maar ook zijn er bij de Belastingdienst veel medewerkers betrokken bij het handhaven van deze faciliteit. Daarnaast is de uitvoering van de faciliteit dermate complex geworden voor alle partijen (Belastingdienst, ondernemers en adviseurs), dat de administratieve kosten niet opwegen tegen de steeds maar afnemende jaarlijkse fiscale aftrekbedragen. In de derde plaats wordt met de afschaffing het probleem van de ‘dividendklem’ opgelost. Dit betekent dat veel ondernemers als gevolg van hun ‘eigen’ pensioen in eigen beheer de afgelopen jaren geen dividend meer konden uitkeren om bijvoorbeeld de aflossing te financieren van de schuld aan hun eigen vennootschap. Zij werden door de wir war van regelgeving met hun rug tegen de spreekwoordelijke muur gezet. Tenslotte wordt bij de overheid het beleid dat ondernemers hun pensioen in eigen beheer aanwenden voor de financiering van de eigen onderneming, steeds minder belangrijk gevonden.
Afschaffing van het pensioen in eigen beheer kan bij wet op drie verschillende manieren.
Verder is belangrijk te vermelden dat bij de keuze van het alternatief de echtgenote van de ondernemer zeer bepalend zou kunnen zijn. Bij de keuze voor alternatief 1 en 2 is het namelijk zo geregeld dat de echtgenote in het slechtste geval (huwelijksvoorwaarden) al haar pensioenrechten kwijtraakt. Het advies is dan ook om de echtgenote van de ondernemer bij de keuze van het alternatief intensief te betrekken dan wel door een ‘neutrale adviseur’ te laten adviseren. Hetgeen voor veel ondernemers een test zal zijn van hun huwelijk.
Is er hier sprake van een zegen of een straf? Afschaffing van het pensioen in eigen beheer lost veel problemen voor ondernemers op. Daarnaast bieden de door de overheid geboden alternatieven voldoende ‘kansen’ en zijn er naast het pensioen in eigen beheer voldoende andere mogelijkheden voor ondernemers om pensioen op te bouwen. Wat mij betreft slaat de balans positief uit en is er sprake is van een zegen.
De PDF van het artikel: db-26-27-column-corbert-van-rijn